zonnepark Grunneger Power

4. Collectieve zonprojecten

 

 

Zonnepark Vierverlaten. Foto: Grunneger Power

De hoeveelheid opgewekte zonnestroom neemt verder toe in 2023. Er wordt méér zonnestroom opgewekt op land en water, dan op daken. 

In dit hoofdstuk geven we inzicht in de ontwikkeling van collectieve zonprojecten van en met lokale energiecoöperaties. Voor meer duiding vind je hieronder de gebruikte definitie en toerekeningsregels.

 

Definitie collectieve zon

Met collectieve zonprojecten bedoelen we alle zonnedaken, zonneparken, drijvende zonnevelden en andere zonne-energieprojecten die burgers in collectief verband ontwikkelen, beheren en in eigendom hebben, waarin zij financieel participeren en waarbij de zonnepanelen zijn geplaatst op het dak of de grond van een derde partij.

Crowdfundingprojecten waar geen bewonerscollectieven met een rechtsvorm bij zijn betrokken, laten we buiten beschouwing. 

Definitie projectfasen voor pijplijnprojecten

  • Bouwfase: deze projecten gaan zeker door. Ze zijn eind 2023 in aanbouw en begin 2024 operationeel.
  • Gepland: deze projecten gaan vrijwel zeker door. Ze hebben een subsidiebeschikking. Voor de grondgebonden en drijvende zonneparken betekent dit dat de vergunning is verleend en er (redelijke) zekerheid bestaat dat een aansluiting op het elektriciteitsnetwerk mogelijk is (transportindicatie). De financiering is zo goed als rond. In een aantal gevallen wachten de initiatiefnemers op een besluit van de Raad van State.

    Voor de dakgebonden projecten moet voor een SCE-subsidie al een redelijke mate van zekerheid bestaan over een locatie. Helemaal zeker is het niet, want afspraken met grond- en dakeigenaren en de netbeheerders zijn nog niet 100% vastgelegd en de Raad van State kan de vergunning nog vernietigen.
     
  • In voorbereiding: realisatie van deze projecten is minder zeker. De vergunningsprocedure is in voorbereiding of opgestart, maar er zijn nog geen vergunningen verleend. Voor de zonneparken kan het twee tot vier jaar duren voordat ze operationeel zijn. Voor de zonnedaken kan dat sneller gaan.

Toerekeningsregels: coöperatief eigendom, lokaal eigendom

In de monitor rekenen we het vermogen (en de productie) toe aan de eigenaren van een wind- of zonnepark naar rato van de aandelenverhoudingen. Als er sprake is van gedeeld eigendom en één van de eigenaren-aandeelhouders is een lokale coöperatie, dan rekenen we het coöperatief eigendom toe op basis van de hoeveelheid aandelen van de coöperatie.

Als er ook andere lokale partners mede-eigenaar zijn, zoals een agrariër, ondernemer, gemeente of waterschap, dan telt hun aandeel mee als lokaal eigendom.

Voorbeelden toerekening:
  • Een zonnepark dat voor 50% eigendom is van een lokale coöperatie met leden uit de omgeving en voor 50% van een private niet-lokale ontwikkelaar, is 50% coöperatief eigendom en 50% lokaal eigendom. 
     
  • Een zonnepark dat voor 50% eigendom is van een lokale coöperatie met leden uit de omgeving en voor 50% van een lokale partner (bedrijf, gemeente, waterschap, e.d.), is 50% coöperatief eigendom en 100% lokaal eigendom. Alle eigenaren zijn lokaal én iedereen uit de omgeving kan meedoen, inclusief omwonenden via de coöperatie. 

In het kort

De situatie eind 2023 is als volgt:

  • In totaal zijn 1.255 collectieve zonprojecten gerealiseerd sinds 2008.
  • Hiervan zijn 146 nieuwe projecten gerealiseerd in 2023.
  • Er is 319,1 megawattpiek (MWp) collectief zonvermogen operationeel (totaal tot en met 2023).
  • Hiervan is 42,8 MWp bijgeplaatst in 2023.
  • Het collectieve vermogen is 15% toegenomen ten opzichte van 2022.
  • Dit levert een hoeveelheid zonnestroom op van ongeveer 287 miljoen kilowattuur (kWh) per jaar. Dit is vergelijkbaar met het elektriciteitsverbruik van bijna 95.700 huishoudens.1
  1. Gemiddeld 3.000 kWh per huishouden, 900 vollasturen.

Achtergrondinformatie

Bijstelling ten opzichte van de Lokale Energie Monitor 2022

De resultaten van de voorgaande jaren tot en met 2022 kunnen afwijken van de eerdere monitors. We stellen de dataset jaarlijks bij. Niet alle projecten worden tijdig gemeld in de enquête of zijn uit andere bronnen bekend. Als ze in een volgend jaar alsnog op de radar komen, dan voegen we ze toe.

Het kan ook zijn dat een project aan het eind van het jaar operationeel is geworden; dit was nog niet bekend toen de monitor werd samengesteld (december van elk jaar).

Er zijn uiteindelijk méér projecten en is meer vermogen gerealiseerd in 2022 dan we in de vorige monitor in het vizier hadden (bijna 4 MW extra).

Pijplijn

Er zitten maar liefst 275 projecten (374 MWp) in de pijplijn. We verwachten dat deze in 2024-2025 operationeel kunnen zijn – met uitloop naar 2026. Daarnaast is voor een vermogen van 177 MWp aan projecten in voorbereiding. Hiervan is de realisatie minder zeker.

Stopgezet

In 2023 zijn wederom relatief veel plannen stopgezet of uitgesteld, die in 2022 nog redelijk zeker leken. De initiatiefnemers hebben bijvoorbeeld een SCE-beschikking (Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking) ingetrokken of de subsidietermijn niet gehaald (zie verderop de paragraaf stopgezette plannen). 

Projectoverzicht

Een overzicht van de collectieve zonprojecten en de ontwikkeling van het aantal projecten en het gerealiseerde vermogen zijn zichtbaar in de figuren 4.1 en 4.2 hieronder, en in tabel 4.1. In de bijlage is een uitgebreid projectoverzicht beschikbaar in Excel. 

Vergelijking met totale zonvermogen

Het aandeel van door burgercollectieven gerealiseerd zonvermogen in het totale zonvermogen in Nederland is in 2023 1,4%, net als vorige jaren.

Kijken we meer in detail naar het Nederlandse zonvermogen, dan zien we dat collectieve projecten in 2021-2022 een aandeel hebben van 2,5% in het totale Nederlandse ‘groot vermogen’ (installaties groter dan 15 kWp). Vrijwel alle collectieve zonprojecten vallen binnen deze categorie.

Opvallend is dat het aandeel van de collectieven in deze categorie relatief gezien afneemt (van 3,5% in 2018 naar 2,5% in 2021 en 2022). Dit duidt op een relatief grotere groei van projecten zonder collectief eigendom. Of die trend doorzet in 2023, weten we niet.

Verdeling over Nederland

Het aantal collectieve zonprojecten verschilt per provincie en RES-regio (Regionale Energiestrategie). Figuur 4.3 laat per provincie het aantal projecten én het vermogen zien. In figuur 4.4 is een verdeling naar RES-regio gemaakt.

In Overijssel en Gelderland is in 2023 het meeste collectieve zonvermogen gerealiseerd, waarbij opvalt dat er meer projecten zijn in Gelderland dan in Overijssel. In Noord-Holland vinden we het grootste aantal collectieve zonprojecten. Dit zijn voornamelijk relatief kleine zonnedaken. 

In alle provincies, behalve Flevoland, zijn nieuwe zonprojecten gerealiseerd in 2023. Het grootste aantal nieuwe projecten is te vinden in Zuid-Holland, het meeste nieuwe vermogen in Overijssel. 

RES-regio's

Van de RES-regio’s is het meeste collectieve zonvermogen te vinden in West-Overijssel en Friesland. 61% van het Overijsselse zonvermogen wordt in de RES-regio West-Overijssel gerealiseerd. In Gelderland is ongeveer de helft te vinden in de Cleantech regio.

In vergelijking met 2022 is de onderlinge rangorde tussen de regio’s in het gerealiseerd vermogen wat gewijzigd. Groningen en Twente (Overijssel) staan nu op plek drie en vier. Vorig jaar waren dat de Cleantech regio (Gelderland) en Noord-Holland Zuid.

Houden we rekening met het verschil in inwonersaantallen, dan is het meeste collectieve vermogen per inwoneraantal gerealiseerd in de provincies Overijssel en Friesland en in de RES-regio’s West-Overijssel en de Cleantech regio.

Verdeling dak, grond, water

In de figuren 4.5 en 4.6 is de ontwikkeling van aantallen en vermogens van projecten op dak, grond en water te zien. 

De meeste collectieve zonprojecten (92%) zijn gerealiseerd op daken, daarna (7,7%) op grond en 0.5% op water. Als we puur kijken naar vermogen (MWp), dan ziet dat beeld er anders uit. Dan is namelijk 46% op daken gerealiseerd, 44% op grond en 9% op water.

Opvallend is dat het aandeel zonnestroom van zonnedaken relatief kleiner is geworden; in 2022 werd 49% van het collectieve zonvermogen op daken gerealiseerd. Het vermogen van de zonneparken op land en water is groter dan het vermogen op daken.

Multifunctioneel 

Er is daarnaast ook een aantal solar carports (totaal: 3) gerealiseerd in 2023. We verwachten dat het aantal de komende jaren toeneemt. Zo zijn er tenminste tien in voorbereiding in de provincie Utrecht. Landelijk en provinciaal beleid heeft bovendien een duidelijke voorkeur voor deze vorm van multifunctioneel ruimtegebruik. 

Gerealiseerde zonnedaken

In 2023 hebben coöperaties en bewonersinitiatieven in totaal 126 nieuwe projecten op daken gerealiseerd (bij elkaar: 11,9 MW). Het totaal gerealiseerde zonvermogen op daken is daarmee toegenomen tot 147,6 MW. Dit levert zonnestroom op voor 44.300 huishoudens. De zonnedaken hebben een vermogen van gemiddeld 129 kWp.

Voorbeelden uit de praktijk

Coöperaties in de spotlight

  • Coöperatief ontwikkelaar Maak Onze Regio Duurzamer uit Zeeland heeft de meeste zonnedaken gerealiseerd. De teller staat op 39 (totaal: 3 MWp), waarvan zes in gebruik genomen in 2023.
     
  • Coöperaties Opgewekt Rijssen en Bodegraven-Reeuwijk hebben ieder zes nieuwe zonnedaken gerealiseerd in één jaar.
     
  • Het grootste nieuwe zonnedak is eigendom van EnergieC Midden-Delfland (380 kW).
     
  • Coöperatie Enschede Energie is eigenaar van het grootste coöperatieve zonnedak van Nederland (1,3 MW, 2022). Het is ook een van de meest productieve coöperaties van Nederland, met 29 zonnedaken en drie zonneparken (zie onder: zonneparken). Nog eens vijf nieuwe zonnedaken zijn naar verwachting in 2024 operationeel. 

Coöperaties voor en met huurders

In voorgaande jaren zagen we de opkomst van collectieve zonnedaken op een of meerdere panden van woningcorporaties. Huurders kunnen via een geringe bijdrage meedoen en delen in de opbrengst van de coöperatie.

Ontwikkelaars

Deze projecten zijn het initiatief van vijf ontwikkelaars:

  • Innax, een dienstverlener in gebouwverduurzaming (meerdere productiecoöperaties).
  • ZonSamen is een samenwerking tussen Wocozon en Energie Samen.
  • Zonnebuur is een initiatief van LENS, een gespecialiseerde dienstverlener voor woningcorporaties en residentieel vastgoed.
  • Delen Duurzame Energie, een gespecialiseerde dienstverlener van SCE-projecten met woningcorporaties (meerdere productiecoöperaties).  
  • Woonwaarts, een woningcorporatie in Nijmegen.
Veel SCE-beschikkingen

Deze ontwikkelaars hebben in 2021-2023 veel aanvragen ingediend voor een SCE-beschikking. Een groot aantal aanvragen is in 2022 en 2023 weer ingetrokken, omdat een aanzienlijk aantal daken bij nadere inspectie ongeschikt bleek, de prijzen voor zonnepanelen te hoog werden, of omdat de woningcorporatie zich terugtrok. Vanaf 2023 is een geschiktheidsverklaring van het dak vereist voor het indienen van de SCE-aanvraag.

Voor zover bekend is in totaal 3,7 MW operationeel, waarvan 1,9 MW gerealiseerd in 2023. In totaal is ruim 10 MWp beschikt vanaf 2021.  

Gerealiseerde zonneparken

In 2023 zijn 20 nieuwe collectieve zonneparken in gebruik genomen. In totaal is 30,9 MWp bijgeplaatst. Hiermee komt het totale aantal uit op 103 collectieve zonneparken (totaal coöperatief vermogen: 139,6 MWp op land en 30,0 MWp op water).

Deze zonneparken zijn groter dan de projecten op zonnedaken en dragen daarom per project sterker bij aan het totale collectieve zonvermogen.

De gemiddelde omvang van de grondgebonden zonneparken van coöperaties is 1,4 MWp. Ze zijn relatief klein in vergelijking met het landelijk gemiddelde van alle zonneparken in Nederland (7,7 MWp per zonnepark1

  1. Financiële Participatiemonitor 2022

Voorbeelden uit de praktijk

Zie voor een overzicht van alle projecten de bijlage.

Zonnepark Valgenweg (Delfzijl)

In de haven van Delfzijl in het uiterste noordoosten van Nederland ligt zonnepark Valgenweg (18,7 MWp). Het is eigendom van meerdere lokale coöperaties en de bedrijven Eneco, Wirsol en Groningen Seaports.

Eemsdelta Energiek (7 coöperaties uit Delfzijl, Appingedam en Loppersum) en de landelijke coöperatie de Windvogel hebben samen 25% van de aandelen in handen, in de toekomst uit te breiden tot 33,3%. Het zonnepark is mede ontwikkeld door de coöperatieve ontwikkelaar Bronnen VanOns

Een gebrek aan netcapaciteit was geen probleem, omdat het zonnepark gebruik maakt van de aansluiting van een windpark (cable pooling).

Zonnepark De Punt (Barendrecht)

Het relatief kleinschalige zonnepark is gerealiseerd op een voormalig gronddepot van ProRail dat niet geschikt is voor woningbouw. De coöperatie heeft 11% in eigendom en financiert dit met inleg van deelnemers en de SCE-regeling. Hoofdeigenaar is ontwikkelaar Groendus.

Regionale grootverbruikers kunnen terecht op de Groendus Energiemarktplaats om rechtstreeks gebruik te maken van de groene zonnestroom, meldt de coöperatie. Hiermee wordt een start gemaakt met lokale zelflevering.

Zonneparken Enschede Energie in Buurtschap Zuid-Eschmarke

De Twentse coöperatie Enschede Energie heeft in 2023 maar liefst drie zonneparken in gebruik genomen. Ze zijn 100% eigendom van de coöperatie. Landeigenaren in het buurtschap Zuid-Eschmarke stelden hun grond beschikbaar.

Bij alle zonneparken is veel aandacht besteed aan een natuurlijke inpassing in het landschap. Zo zijn er houtwallen, bomen en struwelen aangeplant en zijn doorgangen aangebracht in de hekken voor kleine zoogdieren. Omwonenden zijn actief betrokken in het proces.

Uitdagingen

Bij het Zonnepark Kromhofsweg waren wat extra uitdagingen, vertelt de coöperatie: “Het veld is gelegen onder een hoogspanningsmast van TenneT en onder de grond lagen enkele gasleidingen. Daar moesten we rekening mee houden.”

Omwonenden konden participeren in de zonneparken door obligaties te kopen of als SCE- deelnemer (Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking). In totaal is ruim 400.000 euro opgehaald bij de leden van de coöperatie. Het Energiefonds Overijssel financiert de rest. Een omgevingsfonds voor de directe omgeving is nog in ontwikkeling.

Plannen

De gemeente had zich in 2018 ten doel gesteld om 160 hectare zonnepark te realiseren. Hiervan heeft de coöperatie ca. 10 hectare voor haar rekening genomen. Er zijn plannen voor een groter zonnepark. “In verband met de politiek onrustige situatie in de provincie over locaties voor zonneparken, zal die ontwikkelingsfase nog geruime tijd duren vermoeden we”, meldt de coöperatie.

Zonnepark De Bocht (Dieren)

Zonnepark de Bocht was operationeel vlak voor de jaarwisseling eind 2022, maar werd in april 2023 feestelijk in gebruik genomen. Het is een initiatief van de Werkgroep Klimaatactief Dieren-Zuid en de coöperatie Rijn en IJssel Energiecoöperatie (REIJE). In totaal hebben 111 deelnemers geïnvesteerd in het zonnepark (215.000 euro).

De coöperatie werkt ondertussen aan een tweede zonnepark bij Duiven, samen met de lokale kring Energie de Liemers. In september 2023 hebben zij 50% van de aandelen overgenomen van de ontwikkelaar IX Zon.

Rijn en IJssel Energiecoöperatie is al eigenaar van Windpark Koningspleij en van meerdere zonnedaken in Arnhem.

Zonnepark Tinte (Voorne aan Zee)

In het Zuid-Hollandse Tinte is eind 2023 zonnepark Tinte in gebruik genomen. Het is 25% eigendom van Voorne Putten Energie.

In oktober startte de coöperatie met een obligatie-uitgifte waarmee ze ruim één miljoen euro willen ophalen. Inwoners moeten lid zijn (of worden) van de coöperatie of lid zijn van een van de aangesloten coöperaties van de koepel ECRR (Energiecoöperatie Regio Rijnmond). 

Zonnepark Schoorlemmer Pekela Duurzaam

In Oude Pekela is zonnepark Schoorlemmer Pekela Duurzaam (19,5 MWp) gerealiseerd. Het is ontwikkeld door het agrarische bedrijf Schoorlemmer, de WindUnie en de lokale energiecoöperatie Pekela Duurzaam met ondersteuning van Bronnen VanOns (BVO).

Vlak ernaast ligt een tweede zonnepark: zonnepark Pekela (50 MWp). Hierin werken twee ontwikkelaars en een verzekeraar samen. Beide parken zijn gelijktijdig ontwikkeld.

Lokaal eigendom lastig

Het was – en is nog steeds - de bedoeling dat de lokale coöperatie voor 30% mede-eigenaar wordt van zonnepark Schoorlemmer. Met de lokale agrariër, die voor 60% eigenaar is, zou er dan sprake zijn van 90% lokaal eigendom. De Windunie heeft 10% van de aandelen. Lokaal eigendom was een uitdrukkelijke voorwaarde van de gemeente om medewerking te verlenen (Zonnevisie, 2019).  

BVO zou het eigenaarschap namens de lokale coöperatie op zich nemen, maar die stopt eind 2023. Het is nog niet zeker of het de coöperatie lukt om voldoende kapitaal op te halen. Bewoners en bedrijven in de omgeving hebben relatief weinig te besteden. De coöperatie is nog in gesprek met regionale fondsbeheerders.

Obligaties

De coöperatie zou oorspronkelijk ook de mogelijkheid krijgen om een postcoderoosproject te ontwikkelen in het andere zonnepark: zonnepark Pekela, maar dat idee is losgelaten. Bewoners en bedrijven konden wel obligaties kopen.

Gebiedsfonds

Beide zonneparken leveren een bijdrage aan een gebiedsfonds, bedoeld voor duurzame en maatschappelijke projecten (wat is de bijdrage? In 2019: 51.000 euro per jaar voor een periode van 30 jaar).

Natuurontwikkeling

De coöperatie is in een vroeg stadium betrokken bij de ontwikkeling van beide zonneparken. Bewoners en bedrijven hebben actief meegedacht over de inrichting. Dit heeft er onder andere toe geleid dat een wandelpad, informatiepunt en vogelweide is aangelegd. Het blijft landbouwgrond, maar deze krijgt nu 25 jaar rust omdat er geen bestrijdingsmiddelen of kunstmest gebruikt worden. Een win-win, aldus de coöperatie. 

Financiële participatie & gebiedsfonds 

Een coöperatie kan, behalve eigenaar, ook andere rollen op zich nemen. Ze kunnen hun leden, inwoners en bedrijven bijvoorbeeld wijzen op de mogelijkheid om financieel te participeren in het zonnepark, of ze treden op als begunstigde en beheerder van een omgevingsfonds. Vaak zijn ze daarvoor in de ontwikkelfase betrokken bij het ontwerp. In deze situaties is sprake van (financiële) participatie, maar niet van eigendom.

In 2023 komt dit onder andere voor bij:

  • Zonnepark Stegenhoek in Haaksbergen: gebiedsfonds van 50.000 euro.
  • Zonnepark Bollendonk in Etten-Leur: crowdfunding, voorrang leden van de lokale coöperatie en bewoners.
  • Zonnepark De Bathmense Landen: crowdfunding, voorrang leden van de lokale coöperatie en bewoners, schenking 5.000 euro obligaties.

Voorbeeld uit de praktijk

Zonnepark De Baendj Reuver

Het kleinschalige zonnepark in Reuver (Beesel, 5 MW) is gerealiseerd met actieve betrokkenheid van de lokale coöperatie Joris Wekt Op. De coöperatie had in 2019 meegedongen met een tender van de gemeente. Omdat een van de drie grondeigenaren al afspraken had gemaakt met ontwikkelaar Enovos Green Power, lag samenwerking voor de hand. 

Dat heeft goed uitgepakt, vindt de coöperatie: “Zonder een ervaren ontwikkelaar met financiële armslag was dit project niet gelukt.”  

Geen eigendom

De coöperatie investeert niet mee en is geen mede-eigenaar, maar heeft wel afspraken gemaakt met de eigenaar. De coöperatie wilde geen geld ophalen uit de omgeving. “Dan hebben alleen de mensen met geld voordeel en we willen juist dat iedereen kan profiteren”.

Andere vormen van financiering bleek lastig. De rente voor leningen was hoog waardoor er weinig zou overblijven voor de omgeving.

Afgesproken is dat de coöperatie deelt in de opbrengsten als deze hoger zijn dan begroot in de businesscase (50/50). Ook is een aanzienlijk bedrag uitgekeerd aan de coöperatie (250.000 euro). Dat is bedoeld voor de omgeving en voor opbouw van de coöperatie. 

Geplande projecten

Er zitten nog enkele honderden projecten in de pijplijn. Ze zijn gepland, of al in aanbouw, of in voorbereiding.

Bij geplande projecten is de subsidiebeschikking binnen, zijn de vergunningen verleend (in het geval van zonneparken) en is de financiering zo goed als rond. Het is vrij zeker dat deze projecten zullen worden gerealiseerd in 2024-2025 (met uitloop naar 2026). Een kink in de kabel is echter nooit uitgesloten. Zie ook 'stopgezette plannen', verderop in dit hoofdstuk. .

Van de 275 geplande projecten bestaat het merendeel, zo’n 78%, uit zonnedaken. De grootste toename van het collectieve zonvermogen (MW) wordt niettemin verwacht op land (90%), omdat het vermogen van zonneparken groter is (per project). Er zijn 59 nieuwe zonneparken op land gepland, en twee op water.

We hebben naast de geplande pijplijnprojecten nog honderd andere plannen – in totaal bijna 177 MWp – in het vizier, maar het is nog niet zeker of deze worden gerealiseerd. In de bijlage vind je de lijst met alle collectieve zonprojecten. Hierin zijn alle bij ons bekende pijplijnprojecten opgenomen.

Voorbeelden uit de praktijk

Grootst geplande project: zonnepark Eekerpolder, Midden-Groningen

Het grootste project van de geplande projecten is zonnepark Eekerpolder in Midden-Groningen (50% coöperatief van 94,5 MWp). Dit zonnepark wordt mogelijk nog uitgebreid met een aansluitend perceel in de gemeente Oldambt. 

Drijvend zonnepark: De dolten/Oudehaske II, Friesland

In Heerenveen zijn drie samenwerkende coöperaties van plan om een tweede drijvend zonnepark over te nemen van GroenLeven (20 MW): Zonnepark De dolten/Oudehaske II. Ze werken samen met het Fûns Skjinne Fryske Enerzjy (FSFE).

Grote zonneparken, Houten

In Houten werken lokale coöperaties samen met Chint Solar aan twee grote zonneparken (van elk 20 MW). Ze streven daarbij naar 100% lokaal eigendom.

Groot zonnedak: Zonnegaard Drost, West-Betuwe

In West-Betuwe werken de coöperatie en een tuinder aan een groot zonnedak, een overkapping van zonnepanelen ter bescherming van de fruitteelt (Zonnegaard Drost, Zon boven fruit, 1,3 MWp).

Zon voor huurders

De huurderscoöperaties van woningcorporaties hebben 6,5 MWp in de pijplijn. Ze worden ontwikkeld door de eerder genoemde projectontwikkelaars.

 

 

Vertraagde of gestopte projecten

Ook dit jaar zijn weer opvallend veel plannen stopgezet. We hadden 70 zonnedaken en 12 zonneparken op de radar staan als gepland in 2022, die in 2023 hebben afgezien van hun plannen (12 MW).

Ook blijken in 2022 méér projecten te zijn stopgezet dan we in de vorige monitor in beeld hadden; in 2022 zijn 130 plannen uiteindelijk niet doorgegaan (70 MW). De initiatiefnemers hebben geen nieuwe aanvraag gedaan in 2023, wat in de vorige monitor nog werd verwacht. De meeste zonnedaken hadden een SCE beschikking uit 2021 of 2022 op zak, maar hebben die moeten intrekken. Een aantal aanvragen was eerder afgewezen door RVO.

Redenen om te stoppen

Veel coöperaties melden dit jaar dat ze hun plannen financieel niet rond krijgen. Hoge prijzen voor zonnepanelen, hogere arbeidskosten, dure verzekeringen en hogere rentes voor leningen zijn daar debet aan. Ook voor de coöperatie in Montfoort was dit de reden om vergevorderde plannen voor een energietuin te stoppen. Zeer teleurstellend, aldus de coöperatie.

De initiatiefnemers noemen verschillende redenen voor plannen die niet doorgaan:

  • Er is geen haalbare businesscase (subsidie, kosten).
  • Het dak is niet geschikt.
  • De grond- of dakeigenaar trekt zich terug of plaatst zelf zonnepanelen.
  • Het pand (en dak) wordt verkocht en de nieuwe eigenaar heeft geen interesse.
  • De subsidie is onvoldoende om een rendabel project te realiseren (met name SCE).
  • De grond- en arbeidskosten voor de zonne-installatie zijn te hoog.
  • De financieringskosten nemen toe door de stijgende rente.
  • Er is geen netaansluiting (meer) mogelijk als gevolg van netcongestie.
  • De verzekeringskosten zijn te hoog of de verzekeraar geeft geen akkoord.
  • De hypotheekhouder van de pandeigenaar gaat niet akkoord met het recht van opstal.
  • Het bevoegd gezag verleent geen medewerking.
  • Het is niet gelukt om voldoende kapitaal en deelnemers te werven.

Zie voor meer informatie ook het hoofdstuk Knelpunten.

Voorbeeld uit de praktijk

Lochem Energie: plannen voor een ecologisch zonnepark afgeblazen

Coöperatie Lochem Energie stopt met de voorbereidingen van een ecologisch zonnepark op een oude slibstort bij Dochteren. Het idee was om de grond voor 15 jaar voor het zonnepark te gebruiken, waarna het een natuurpark zou worden. Het kon niet doorgaan omdat het gebied al een natuurstatus bleek te hebben (Gelders NatuurNetwerk) en de overheden niet konden voldoen aan natuurcompensatie als het zonnepark er zou komen.

Knelpunten

Lees meer over de zaken waar energiecoöperaties tegenaan lopen bij het ontwikkelen van zonprojecten, in het hoofdstuk Knelpunten.

Vorige hoofdstuk

< 3. Warmte 

Volgend hoofdstuk

5. Wind >

De Lokale Energie Monitor 2023 is een uitgave van klimaatstichting HIER, met medewerking
van Energie Samen

Op de hoogte blijven?

Ontvang tips, artikelen, nieuws en meer! Geef hieronder aan welk thema je voorkeur heeft.

Lees voor meer informatie ons privacybeleid
Lijsten